Column door bezoekers.....
Onderstaand worden columns geplaats welke zijn geschreven door de bezoekers van Mijn Voetbal Nostalgie. Uiteraard gaan de verhalen over die mooie nostalgische voetbalperiode van de 60-70 en 80er jaren.
KLIK OP DE FOTO VOOR VERGROTING.....
Geschreven door Henk van Kuijk.....
DE HAND VAN GOD
Laten we eerlijk zijn. Over de doden niets dan goeds. Maradona heeft ons verlaten. En dat is heel droevig. Maar.... hij had vroeger plannen om ons al veel eerder te verlaten. Dat stemt droevig, als je bedenkt wat voor een fabelachtige voetballer hij was. Want zijn leven na zijn voetballoopbaan was allerminst een fabel. Over zijn hulp van God, en zijn speciale techniek hoef ik helemaal niks te vertellen. Dat zet je niet op schrift, maar op beeld. Draai even wat filmpjes van youtube nu: Maradona in Italië, of en Italia. Daar hoeven geen woorden bij. Ook niet bij die muziekact balletje hoog houden. Maar ik vraag me wel af: Hoe komt het toch dat creatieve sporters na hun loopbaan ophouden om creatief te zijn? Ze weten opeens niet meer wat ze nog meer aan kunstwerken moeten brengen. Je zou ook kunnen zeggen: ze kunnen maar één kunstje, en dat heel erg goed. Ik vond Cruijff zeer bijzonder als speler, maar niet als trainer. Hij was voor mij een goede trainer, met inzicht. Ik zei weleens tegen voetbalvrienden: "Als ik ook 70 miljoen mocht uitgeven bij Barcelona, dan was ik daar een even goede trainer geworden als Cruijff. En ik ben in hetzelfde jaar geboren als hij, en heb ook uij in mijn naam." De vraag over Maradona is natuurlijk: waarom heeft hij na zijn carrière niet profijt getrokken van zijn enorme ervaring?
Hij was wel een tijdje trainer van Argentinië, maar dat was niet om over naar Buenos Aires te schrijven. Hij ging Cuba en Fidel aanbidden, ook niet echt wat je van zo iemand verwacht. Hij ging ook de drugs aanbidden, niet best, en moest gaan afkicken. En van de grote, stevige, krachtige, knappe atleet bleef niets over. Hij lag al twintig jaar geleden op sterven, ontsnapte door de hand van God, alweer. Ja, het valt niet mee om buitengewoon populair te zijn. Dat vond ik weer zo goed aan Cruijff. Zijn gezinsleven schermde hij perfect af. Zijn vrouw Danny was daarin ook zijn coach. Naar wie hij luisterde. En hij probeerde zijn grote ervaring over te brengen op jongere en nieuwe spelers. Al ging hij in de Ajax-revolutie daar weer te ver in. Natuurlijk kunnen ook niet-voetballers voortreffelijke trainers of coaches zijn. Er zijn voorbeelden genoeg. Neem Arsène Wenger en Tuchel. Ik denk dat creatieve sporters na hun carrière nog steeds een coach nodig hebben. Ze hebben, net als artiesten, een gevoelige gave aan de bovenkant, maar ook een aan de duistere, kwetsbare kant. Die van de verleidingen. Vooral als ze verder geen opleiding hebben gevolgd.

Sommige spelersmakelaars doen wel aan na-coaching. Een soort nazorg. Toezichthouder zijn. Maar, dan moet de ex-speler wel luisteren. Je ziet ze ook wel terugkeren als analist. Dat kan ook prima, al denk ik bij sommigen: "Wat je nu zegt, dat klopt, dat kun je ook op de bank prima zeggen, als assistent." Zoals bij opmerkingen van de ervaren Wim Kieft. Ik heb Maradona nog nooit een wedstrijd horen analyseren. Het Argentijnse team kreeg hij niet aan de praat. Goed praten deed hij ook niet. Heeft hij zijn fabelachtige motoriek - als speler dan - onderwezen aan jonge spelers? Nee, nooit. Dat is jammer. Nu moeten die maar heel goed naar de oude beelden kijken. De jonge Napolitanen doen dat vanzelf wel. Tenslotte word ik wel moe van die eeuwige vraag: Was hij nou de beste voetballer ter wereld? Hou daar eens mee op, journalisten en analytici! Het is appels met peren vergelijken. Cruijff was een totaal andere voetballer dan Maradona, Pele ook, en Messi is dat ook. Cruijff kon als geen ander een wedstrijd regisseren, dat deed hij vooral in zijn laatste jaren, als regisseur maakte hij Feyenoord kampioen. De andere spelers, ook Maradona, waren minder de regisseur. Ronaldo kan ook niet een wedstrijd beheersen. Maar eens hielp God Maradona, God regisseerde. En nu weer.
Geschreven door Henk van Kuijk.....
ZOVEEL BETER,
zijn de voetbalfoto's uit het verleden. Waarom? Kijk goed naar deze foto. De broekjes zijn nog geen fladderboerka's, maar athletisch gevormd. Voetbal is een athletische sport, als je niet goed beweegt, lukt het niet. Zo is er, jaja, ook voor vrouwen nog wat te genieten. Trouwens, die vrouwenvoetbalbroekjes zien er ook niet uit, geen gratie te bekennen. Niet zo genietbaar voor mannen. Verder, ja, George Stoekenbroek, de fotograaf mocht nog pal naast het doel zitten. Deze foto is genomen zonder een loei van een telelens. De fotograaf had ook geen computergestuurde ttttrrrrrrrrrrr 20 foto's automaatje, nee, die moest heel scherp zijn in zijn reactie. Dat is hij (ja, meestal een man) hier.
De perfecte foto: een stuk doel, veel tribune, laag ingezoemd, allesss is beweging. Precies het goede moment, de bal gepakt. We zien Coen Moulijn, Schouten (wat is zijn voornaam ook alweer?), Pim Doesburg. Pim overleed deze week, een knappe keeper. Die deed, wat je altijd moet doen na je voetbaltijd: trainer worden, scout, of een paar sportzaken beginnen. Oja, en soms is zwartwit gewoon veel mooier. Sorry, Sparta, hoe heten jullie spelers? Eijkenbroek? Tenslotte nog even reclame: deze foto werd mede mogelijk gemaakt door CHABOT IJZER STAAL, VAN HOUTEN REPEN HET MEEST GEVRAAGD, FIX HET MET FIX DE VERF VOOR TOPPRESTATIES. En voor de scheidsrechters, over handsballen: kijk, bij voetbal gebruik je naturel je armen. Dat weten de Fifa en Uefa nog niet.
Geschreven door Henk van Kuijk.....
DOS kampioen,
DOS wie? Ja, dat weten niet veel mensen meer. Dat was jarenlang de beste club van Utrecht. Als jochie ging ik het ene weekend naar DOS, in stadion De Galgenwaard, en het andere weekend naar Elinkwijk of Velox. In die clubs speelden destijds tal van talenten. Ze hielden hun eigen jeugd nog vast, leidden ze op. Tonny van der Linden was de grote ster van DOS. Van Hanegem voetbalde in deeltijd bij Velox, hij was stratenmaker. Tonny werkte bij Houthandel Jongeneel, vlak achter mijn ouderlijk huis. Ik zag hem soms fietsen naar zijn werk. In 1958 eindigden DOS en Sportclub Enschedé, met Abe Lenstra, samen bovenaan. Er moest een beslissingswedstrijd komen, heel goed, aan doelgemiddeldes deed men toen nog niet. Zo zou het weer moeten zijn. Die wedstrijd zou gespeeld worden in De Goffert in Nijmegen, van NEC. Net zo'n betonnen bak met wielerbaan als De Galgenwaard. Het was eind juni, en knetterwarm, 35 graden.
Een grote stroom auto's trok vanuit Utrecht naar Nijmegen. Ik was elf jaar, ik had geen kans om de wedstrijd bij te wonen. Maar, de club verzon een beperkte oplossing. Ze zette twee enorme luidsprekers op het groene speelveld, het radioverslag zou daaruit te horen zijn. Dat trok 15000 bezoekers naar het stadion. Nooit meer keken zoveel mensen geboeid alleen naar twee luidsprekers. Ik was er met een vriendje, mijn ouders hadden het met zeven kinderen te druk thuis. Ik weet ook goed dat het zo warm was, je kan het zien op de foto's uit de Goffert, allemaal witte overhemden. De wedstrijd was heel spannend. Maar er waren niet veel kansen. Abe had zijn bekende dribbels, maar scoorde alleen in buitenspelpositie. Keeper De Munck was heel goed. Ik zag DOS thuis tegen hem spelen, ik kreeg een kaartje via een vriendje van wie de vader bij DOS speelde. Toen legde Abe die verdedigers en De Munck in de luren.
Maar omdat De Munck later Jane Mansfield mocht kussen bij een aftrap, was hij nu heel goed. Na negentig minuten stond het nog 0-0. Er kwam een drink- en opfrispauze, met emmers water. Toen kwam er een verlenging van zeveneneenhalve minuut, niet de nu gebruikelijke twee keer vijftien minuten. In de derde verlenging scoorde Tonny van der Linden met een schitterend schot in de rechter bovenhoek, nauwelijks te zien op de zwartwit samenvatting. De cameraman was verrast. De golden goal. Het enorme juichen daarna is perfect te zien. Hoe denkt u dat het eruit zag in De Galgenwaard, met 15000 fans, en twee luidsprekers? Ik weet niet of die zijn blijven staan, toen iedereen het veld opstroomde. Utrecht één keer landskampioen. Daarna stroomden vele Utrechtse talenten door, helaas, naar andere clubs. Henk Wery, Reynier Kreyermaat, Hans Kraaij, Willem van Hanegem, Joop Jochems, Frans Geurtsen, Frans de Munck, Marco van Basten, Wesley Sneijder......... ze gingen knap verdienen. Tonny van der Linden begon een televisiezaak aan de Amsterdamse Straatweg.
Geschreven door Floris Meulbroek
Hugo,
Op voetbalgebied had Studio Sport destijds bijna alles in handen. Behoudens de zaterdagavond, waar TROS Sport en AVRO's Sportpanorama de sporadische zaterdagavondwedstrijden in samenvatting mochtenuitzenden, was alles bij de NOS te zien. De stemmen van de voetbalcommentatoren schalden bij iedere voetballiefhebber vertrouwd door de huiskamers. Gedurende mijn jeugd waren dat met name Kuiphof en Verhoef en later kwam daar ook nog Reitsma bij. Allen op hun eigenkarakteristieke wijze becommentarieerden zij op deskundige wijze de wedstrijden.
Deze toppers werden, naarmate de jaren vorderden, aangevuld met nieuwe collega's. Afhankelijk van hun kennis en kunde werden ze gekoppeld aan wedstrijden welke qua niveau het beste bij hen pasten. Ik wil het hierbij hebben over Hugo Walker. Hugo kreeg meestal de wedstrijden uit het rechter rijtje, wat meteen ook de pikorde bepaalde onder de commentatoren. Voetballers merkten wel eens gekscherend op dat het verschijnen van Hugo bij hun club een indicatie was dat het niet even goed ging.

Hugo had een mooie diepe stem en was zeer zeker heel enthousiast. Hugo beheerste echter niet de vaardigheid om meteen de naam van de voetballer te benoemen die met een actie bezig was. Zo ontstonden derhalve de kreten als : "Ingeschoten !" en "Komt dat schot!" en daarbij iets van tijd te kunnen winnen om ondertussen de naam van de daadwerkelijke schutter op te kunnen zoeken.
Hugo 'kreeg' in de jaren 70 vaak clubs van het kaliber FC VVV, die toen in het rechterrijtje bivakkeerde : "Kursinaaaaac!!! Jovanovicc ! Goed gestopt hoor Sobczak". En jaren later kennen we Hugo natuurlijk ook nog van "Lacatuuuus" tijdens de WK wedstrijden van Roemenië.
Maar dit werd door het grote publiek geaccepteerd. Hugo was immers Hugo. Wat de meesten echter niet wisten, was dat Hugo zelf ook een topsportverleden had. Hij was een niet onverdienstelijke honkballer geweest die zelfs het Nederlands team heeft gehaald. Ook was hij maatschappelijk goed bezig, hij was een succesvol ondernemer en onder andere uitgever van een vakblad over marketing.
Dus was verslaggeven voor Koen, Herman en Theo core business, het was voor Hugo slechts een bijbaantje maar wat hij wel met veel plezier deed. Zo pikte hij wel mooi de beroemde penalty van Cruijff en Olsen mee, tegen Helmond Sport: "Curieus" was toen zijn korte commentaar op de uitvoering van de penalty, en hij had het niet beter kunnen verwoorden. En zo ontwikkelde hij zijn eigen vocabulaire. Velen noemden dat het Walkeriaans. Zijn foutjes zijn hem vergeven, maar toch ook daar denk ik nog met plezier aan terug:
Zo zag hij tijdens de legendarische wedstrijd West-Duitsland - Algerije op het WK 82 de Algerijnen zelfs 3-1 maken, terwijl iedereen allang door had dat de bal in het zijnet belandde. Hugo was echter door het dolle heen: Belloumi die de 3-1 scoorde, wat een sensatie !
Opeens zag Hugo dat Tony Schumacher de bal gewoon neerlegde om een doelschop te nemen en toen kreeg Hugo door dat hij een inschattingsfout had gemaakt. Het bleef toen eventjes stil in het commentaarhokje. De jaren vorderden en Hugo werd ouder en ging afbouwen, en tijdens een van zijn laatste jaren als commentator, toen de elektronische wisselbordjes net waren ingevoerd, en er nog 2 minuten extra tijd bij kwam, had hij nog een hele sterke:
"Bijzonder dit, de nummer 2 gaan ze toch nog wisselen terwijl het al bijna tijd is". Hugo verdween geruisloos van het podium. Namen als Sierd de Vos en Frank Snoeks namen het over. Inmiddels is hij er niet meer, maar dankzij de vele bewaard gebleven wedstrijden zal de stem van Hugo Walker ons altijd blijven herinneren aan die tijd en blijft hij voor mij onlosmakelijk verbonden aan die vele wedstrijden in al die jaren.
geschreven door Henk van Kuijk
Humphrey Mijnals,
Als jochie voetbalde ik in Utrecht op zaterdag, in de hele provincie. Op zondag ging ik dan of naar DOS kijken, of het weekend daarna naar Elinkwijk of Velox. DOS was Eredivisie, Elinkwijk en Velox meestal eerste-divisie. U begrijpt: na het weekend rook ik naar gras en kalk.
Mijn ouders vonden het prima, met een gezin van zeven kinderen. Maar het was ook luxe. Ik heb zoveel goede voetballers gezien. Kijk even naar deze foto van Elinkwijk: Piet Kraak, Reinier Kreyermaat, Humphrey Mijnals, Frank Mijnals. Ik was een fan van zanger Harry Belafonte uit de Carriben, en zijn artistieke voetbalmaatje Humphrey Mijnals.
De eerste gekleurde speler in het Nederlands elftal, van Surinaamse afkomst. Zijn broer Frank was ook een goede speler. Verder speelde in Elinkwijk ook de Surinamer Michel Kruin, de spits. Als hij een doelrijpe kans miste, ging hij altijd zijn veters vastmaken. Wij moesten dan lachen, het lag aan zijn veters. Dat zie je tegenwoordig nooit meer, jammer.
Alleen Ronaldo heeft nog wel zoiets. Hij strijkt bij een foute kopbal nog wel eens drie haren weer recht. Maar Humprey Mijnals was zijn tijd vooruit. Zie hier zijn fameuze achterwaartse omhaal, nog nooit vertoond. En wel pal voor de doellijn, in zijn eerste interland! Die interland was tegen Bulgarije, in het Olympisch Stadion, uitslag 4-2. Ik heb het ook één keer gedaan, had een maand pijn in mijn rug.
Humphrey niet. Na Humphrey kwamen er meer gekleurde spelers in het Nederlands elftal. Van Indonesische, Marokkaanse, Turkse, Surinaamse, Antilliaanse, en Kaapverdische afkomst. Hoeveel gekleurde spelers speelden tot nu toe in het Nederlands elftal, sinds 1950, na Humphrey? Mijn vrienden raden het steeds fout, als ik ernaar vraag.
Vijfentachtig. Heel veel. Een open sportsamenleving, met veel kansen. Nu is 60% van het Nederlands elftal gekleurd. Is het voetbal racistisch? Nee dus. Je zou bijna zeggen: de kaaskopjes moeten wat bijsprinten. Maar nee, de kleur is niet belangrijk, kleurrijk voetbal wel.